
Gisteravond zaten we met drie families rond
het kampvuur in de laavu van Edwin. Iedereen een beetje gespannen over of wel
goed was gepakt voor een week lang Zweedse wildernis. Hoeveel paar schoenen
neem jij mee? Hebben jullie van die netjes voor op je hoofd tegen de muggen?
Wat voor eten hebben jullie? En
wat voor een dieren wonen hier eigenlijk in Midden-Zweden? Wolven, elanden en
muggen natuurlijk!
Langzaam verwilderen we. Schoon zijn we allang
niet meer. Droge voeten krijgen we pas weer ’s avonds. De hele dag slempen we
met sandalen door het water en klooien in en rond de boot. Als we moe worden
leggen we aan bij een eiland of strandje. Dan schroeven we de brander op het
tankje en zetten koffie in het espressopotje en eten hartkeks met chocopasta. Spelen
doen we met wat we onderweg tegenkomen. We spelen boterkaas en eieren en galgje
in het zand en gooien eindeloos steentjes in het water. Mam, wie de grootste
plons maakt! Vervelen doen we ook. Al die rust en stilte zijn we niet gewend.
Onze oren vangen elk geluid op. Een vogel, een auto, een peddel in het water,
wolven gehuil? Elke keer springen we op als we een teken van leven zien of
horen.
We klunen met onze kano door het bos. De tocht
voert langs verschillende meren, met steeds een stuk lopen ertussen. Edwin
heeft ons precies uitgelegd waar we op moeten letten: een dam, een oude caravan
of een wit huis. Bij de kluun moet alle bagage uit de kano en de kano op het
karretje gebonden. Een hele operatie elke keer. Het is flink sjouwen door het
bos. Bij een grote steen houden we pauze. Het schijnt de grootste zwerfkei van
Zweden te zijn. Achter de kei ligt een kistje met een logboek. We laten een
boodschap achter voor de andere kanoënde families en lopen verder met een verse
bosbessen voorraad.
Elk meer heeft zijn eigen charme. Ruig en
bezaaid met eilandjes, kleine knobbeltjes met dennen. Groot met rotsen langs de
kant en zandstrand. Spiegelglad en mysterieus. Langwerpig en wind mee. En elke
middag dezelfde vraag. Zullen we dit eiland doen of gaan we op het volgende
kamperen? Na een kluun zien we een paar eilandjes liggen. Even om het hoekje
peddelen. Ooh kijk, deze heeft een mooi strandje. Aanleggen maar! We gaan op
ontdekking naar de overige voorzieningen van dit eiland. Kijk, een mooie
eetrots en een vuurplaats en daar tussen die bomen kan de tent wel staan. We
slapen op een bed van bosbesstruiken. Een beetje scheef, maar met een prachtig
uitzicht en uit de wind. Het kampement wordt gemaakt en de boot uitgeladen. Beneden
bij het strand de ton met eten, op het heuveltje de tent en de hangmat aan een
boom. Fosse gaat ondertussen op onderzoek. “Ik doe even een rondje om het
eiland, Mam!” Een kwartier later komt hij terug met z’n schat. “Moet je deze reuze
konijnenkeutels zien, Mam! Hoe groot zou dat konijn zijn?”
Koken doen we boven een kampvuur. Het eten uit
de voorraad vullen we aan met wat we vinden: bosbessen en frambozen. Fosse en
Joanne staan vijf minuten te vissen op de punt van het eiland. Even later hoor
ik een harde gil. “Beeeettt!” De kleine vis wordt door ons onwennig doodgemaakt
en opgegeten. Niet veel later vindt Fosse een enorme blinker, groot genoeg voor
een haai volgens mij. “Daar gaan we een grote vis mee vangen, Mam!” Help…
Bij terugkomst zitten we weer met dezelfde
families in de laavu. Vol verhalen, verwaaide haren en bruine koppen zitten we
rond het vuur. Als volleerd
survivalers koken we tussen de verhalen door ons maaltje op het vuur. Hebben
jullie onze boodschap nog gelezen in het logboek? Ja, en wat een lekkere
bosbessen daar, hè! Hebben jullie nog wolven
en elanden gezien? Nee, maar wel gehoord! En heb je ook die elandenpoep gezien?
Elandenpoep? Ja, die grote keutels die lijken op konijnenkeutels!
Informatie:
We huurden een kano bij Edwin en Carin van
Adventure Center Tyngsjo http://www.adventure-centertyngsjo.com/.
Bij het kanocentrum kun je alles huren voor de tocht en kun je voor en na het kanoën
kamperen. Als er iets is onderweg kun je altijd contact opnemen en als je het
eindpunt niet haalt dan komt Edwin je ergens anders ophalen.
Je kunt het beste met de auto naar Tyngsjo
reizen (bijvoorbeeld vanaf de veerhavens in Oslo of Goteborg). Inkopen moet je
van te voren doen, want in Tyngsjo is geen winkel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten