We lopen door de jungle en worden omgeven door
wilde beesten. Overal om ons heen zit wild. Ze komen op ons af en willen ons
bijten. Opeten misschien? Deze Noord Europese jungle bestaat uit berkenbossen,
jeneverbessen en muggen. Veel muggen. We lopen met de capuchon van onze
regenjas omhoog om de muggen buitenboord te houden, terwijl het helemaal niet
regent. Pauze houden is geen optie. Er zitten meteen twintig muggen op je!
Doorlopen is het motto! Na een tijdje zijn we toch echt toe aan rust en duiken
we uit wanhoop met z’n drieën in de tweepersoons bivakzak. We zitten als
worsten in het rode plastic en eten een stroopwafel. Het is mugvrij, maar wel erg
benauwd.
Na de jungle komt de zomp! Veentjes, drassig
gras en riviertjes, we zien het verschil niet meer. Het begint ook nog eens te
regenen. De regen jaagt de muggen weg, maar het water komt langzaam de schoenen
in. Eerst hoppen we nog van steen tot steen, maar al snel baggeren we dwars
door het water dat als een rivier onder ons stroomt. Ondanks regenbroeken en
jassen worden we langzaam steeds natter. Waar blijft die hut nou?
Dan is daar opeens een klein huisje. De
sleutel gaat in het slot en alle natte zooi uit. Snel maken we de kachel aan.
Het duurt zeker een uur voor het echt lekker warm is. Dan is de hut al snel ons
huis. Skriurusten is een gezellige hut met een klein woonkamertje en twee
slaapkamertjes. Door het raam hebben we uitzicht op het dal van de Vinstra.
We spelen spelletjes, lezen de fjell og fidde en loeren naar buiten om
te zien of er nog iemand aankomt.
Als echte Nederlanders hebben we ons eigen
eten meegenomen. In elke hut is voorraad aanwezig, maar het blikvoer is volgens
de Noren die we tegenkomen net hondenvoer. Wij hebben onze eigen poeders en
droogvoer mee en genieten van tortellini en apple crumble.
Rond de kachel hangen regenjassen en broeken
te drogen. In mijn ijver om de schoenen van Fosse droog te krijgen laat ik ze
aanbakken op de kachel. De zool is half weggesmolten! Gelukkig kan Fosse er nog
op lopen… We herinneren ons opeens een tip van een paar Noorse dames uit de vorige
hut. Noren houden hun voeten droog met plasticzakken om hun sokken. Met een
halve zool en plasticzakken in de schoenen loopt Fosse verder.
We laten het weidse uitzicht op het Vinstra
dal en daarachter de besneeuwde bergen van Jotunheimen achterons. We klimmen
langs de flank van de Nordre Langstua over stenen platen die spiegelglad zijn. Fosse
tut onderweg. Vandaag is daar ook tijd genoeg voor. Elke steenman krijgt van
hem een nieuwe steen erbovenop. Hij bekijkt poep die we tegen komen. Mmm,
misschien van een eland Mam! Rust nu en dan uit op een steen en leest de
bordjes die we onderweg tegen komen. Hij is in zijn sas als we een stuk van een
gewei vinden. Die ga ik laten zien op school! We schrikken elke keer weer als
de Fjellrypa (een vogel met witte vleugels) plotseling voor ons wegvliegt.
De laatste dag is de spannendste. Volgens de
kaart is het vier uur lopen. Met de ervaring van de afgelopen dagen gaan we
daar misschien wel negen uur over doen… Het weer is slecht. De wolken hangen
laag en het waait hard. Alleen al het tripje naar het toilethok is geen pretje.
Brrrr, koud! We bereiden Fosse voor dat het een lange dag gaat worden en dat we
vandaag niet teveel kunnen treuzelen. Ook al zijn de dagafstanden hier kort,
het blijven serieuze wandelingen door een verlaten gebied. Tussen de hutten is
niets en niemand. We gaan op pad met in ons achterhoofd dat we altijd na een
half uur kunnen omkeren. Al snel lopen we met muts en handschoenen aan.
We dwalen over ruggen en dalen met steeds in
het dal een spannende rivieroversteek. Het water staat hoog en de stapstenen
die normaal boven water uitsteken liggen nu ergens onder de stroom verstopt.
Soms kunnen we met moeite een goede oversteekplek vinden. Fosse neemt grote
stappen, maar toch loopt het water nu van boven de plasticzakken in…
Het tempo ligt een stuk hoger dan de afgelopen
dagen Fosse stapt dapper achter me aan. Urenlang praat hij over boten en
vliegtuigen die hij later gaat bouwen. Samen bedenken we alles wat er aan boord
moet zijn. Straks in de hut gaan we die tekenen, hè Mam! Ook nu kruipen we voor een pauze in de bivakzak. Niet tegen de
muggen, maar tegen de kou dit keer. Al jaren dragen we die bivakzak mee voor
noodgevallen, nu bewijst hij twee keer zijn nut. De wind blaast hard over de
fjell en zo zitten we een beetje uit de wind. De hartkeks met worst en een stuk
chocola geven ons nieuwe energie. Na het zitten zijn we toch koud geworden en
moeten we flink stampen en zwaaien om weer warm te worden. Nog een klein stukje
en dan zijn we weer in het bos. In het befaamde muggenbos is nu geen mug te
bekennen. Wat een opluchting om uit die wind te zijn. Langzaam komen we op
bekend terrein. We hebben het gehaald!
Informatie
Via de Jotunheimsvegen (http://www.jotunheimvegen.no/) reden
we naar Storhøliseter. Via een kleine tolweg kun je tot aan de hut met de auto
rijden. Op de heen en terugweg sliepen we in Storhøliseter, een DNT-hut op een
oude boerderij. Alle hutten zijn zelfbedieningshutten die je kunt openen met de
DNT-sleutel. Meer informatie over de Noorse hutten vindt je op http://www.turistforeningen.no/
en http://ut.no/. Met name die laatste site is heel
handig voor het plannen van tochten in Noorwegen.
Storhøliseter – Skriurusten, 14 km
Skriurusten – Storkvelvbu, 7 km
Storkvelvbu – Storhøliseter, 15 km
Geen opmerkingen:
Een reactie posten