zaterdag 21 januari 2012

Fietsen in Slovenië

We maken een dwarsdoorsnede door Slovenië, van de rotsige kust naar de besneeuwde bergen. Onderweg doen we een aantal Sloveense bezienswaardigheden aan, zoals de grotten van Postojna en Ljubljana. Slovenië betekent veel bergen fietsen. Het lastige daarbij is het vinden van de juiste weg. Of je fietst over een iets te drukke weg met prettige stijgingspercentages of je fietst over steenslagweggetjes die recht omhoog gaan. We probeerden de tussenweg te zoeken.

Fietsen over de Via Claudia Augusta (van Augsburg tot Venetië)


Gisteren zagen we ze voor het eerst. Groot en grijs en recht voor ons. Met grijnzende gezichten die lachten alsof ze ons bang wilden maken. De grote bergen! De Alpen! Nu zitten ze gelukkig verstopt achter zachte witte wolken en kunnen we fietsen alsof er geen morgen is. Als mensen vroegen wat we gingen doen deze zomer vertelden we van die oude Romeinse route tussen Augsburg in Duitsland en Venetië. Maar ehh, hoorde je dan die ander denken, daar liggen toch de Alpen tussen. Ja, zeiden we dan nonchalant. Maar nu we ze voor ons zien krijgen we toch zenuwen.

vrijdag 20 januari 2012

Winterwandelen en sleeën in Zillertal Oostenijk


Een meute mensen staat te wachten voor de gondels. Kleurige skipakken staan tegen hun ski’s aangeleund. Gebons van de skischoenen op de vloer. Een jongetje huilt en wil niet naar boven. Fosse wil hem zijn autootje wel lenen, maar ook dat helpt niet. Steeds wurmen een paar mensen zich in een gondeltje. Fosse vindt het allemaal geweldig interessant, al die draaiende en bewegende dingen om zich heen.  Als een koning zit hij in het gondeltje naar buiten te kijken. Ondertussen sjouw ik met ski’s, zonnebrillen en handschoenen. Boven verdwijnt de ene helft van de menigte de piste op en de andere helft zit in strandstoelen op het terras van het bergrestaurant. Ik klik Foss vast op z’n skietjes en geef hem een zetje. Onhandig staat hij daar. Z’n voeten glijden onder hem uit. Na een paar keer vallen en opstaan trekt hij z’n ski’s uit en begint er treintje mee te spelen door de sneeuw. Toettoet! We besluiten dat skiles nog een beetje te vroeg is. Maar wat gaan we dan doen deze week? Gelukkig is er in dit dal genoeg te beleven naast de piste.

Fjellhoppen met een peuter in Noorwegen

De regen komt in een continue stroom naar beneden. Alles is zompig en nat. Over glibberige berkenstammetjes steken we een stroompje over. Een stroompje? Klopt dat wel, roept Joanne achter me. Zitten we wel goed? Intussen roept Fosse enthousiast vanuit de rugdrager dat hij een dennenappel van de grond wil. Door het getetter van Fosse lukt het ons niet om rustig te overleggen over de route. Niet dat er veel te kiezen valt, er is maar één pad. Na een uur komen we erachter dat we over de langlaufroute lopen en niet over het wandelpad waarop we dachten te lopen. Dat vergroot ons zelfvertrouwen niet. We hebben het danig onderschat, deze tocht. Een tochtje van een uur naar een hut klinkt als een paaltjes wandeling door de duinen. En zo hebben we het ook aangepakt. We zijn pas in de middag op pad gegaan. Eerst met de auto dertig kilometer over grindwegen. Daar kwamen we al niemand meer tegen. De auto staat nu eenzaam onderaan het pad en wij lopen in de wolken. We zijn op onszelf aangewezen.

Fietsen langs de Kystriksveien 17 in Noorwegen


Puzzelen met vertrektijden van boten, fietsafstanden en campings, dat is de kystriksveien 17. Met de bijbel van de kustweg in de hand en één oog op het horloge fietsen we door het noorden van Noorwegen. De weg kronkelt langs de ruige kust, regelmatig onderbroken door een boottocht. Soms varen de boten heel regelmatig, soms maar één keer per dag.

Fietsen door Zuid-Noorwegen


Fietsen in Noorwegen betekent veel natuur, rustige weggetjes, eindeloze bossen en fiks klimmen. Maar ook frambozen eten van de struik, zwemmen in het fjord en broodjes bakken boven een kampvuur.

Deze tocht maakt een rondje door het zuiden van Noorwegen. Het eerste deel volgt de Noordzeeroute. Je fietst door, het voor Noorse begrippen, drukke kustgebied. Hier vind je veel kleine dorpjes met uitspanningen, strandjes en zomerhuisjes. De witte dorpjes, met houten huizen zijn ook voor de Noren zelf een geliefd vakantieoord, vandaar de drukte. Het landschap is een afwisseling van eilanden, water en korte pittige hellingen. Na een paar dagen langs de kust gaat de tocht het binnenland in en wordt het direct ruiger. De hellingen worden langer, de bergen hoger en de cafés schaarser. Via het Setesdal gaat het zoveel mogelijk over kleine weggetjes naar het noorden. Vanuit het Setesdal moet je een bergpas over, die je in Dalen brengt. In dit dorp begint het Telemarkkanaal. Met de fiets op de boot wordt in een dag een lang stuk door de bergen vermeden. Zo kun je een dagje vanaf het dek van de bergen en meren genieten. Vanaf Lunde kun je redelijk makkelijk weer terugkeren bij het beginpunt.
Langs de kust zijn vrij veel campings. In het binnenland is de keus minder groot. Als de dagafstanden niet zo groot zijn is het nodig om af en toe wild te kamperen en of een hotel of berghut te bezoeken.

Fietsen in het Ruhrgebied


We fietsen over onverharde paadjes door eindeloze bossen, langs kabbelend water met fluitende vogels om ons heen. We zijn in het Ruhrgebied! Dus is er altijd wel het geruis van een snelweg op de achtergrond of een rokende schoorsteen aan de einder. Afwisselend fietsen we over fantastische fietspaden door groene parken, langs weilanden met koolzaad, door treurige woonwijkjes en langs immense fabrieken. Voordeel is dat de konditorei met kuchen en koffie nooit ver weg is! Het Ruhrgebied is een verrassend fietsgebied, met prachtige fietspaden langs de Ruhr en het is heel dichtbij.
Onze tocht start in Nijmegen en gaat eerst met een boog langs de noordzijde van het Ruhrgebied, dan steken we dwars door het Ruhrgebied naar de Ruhr en volgen die naar het westen. Onze zoon Fosse is inmiddels bijna twee jaar en volgt ons in zijn fietskar.

Winterwandelen bij de Jungfrau (Zwitserland)


We maken korte winterwandelingen tussen de hoge bergen van het Berner Oberland in de Jungfrau Region, die ook met kleine kinderen te doen zijn. De paden zijn geprepareerd dus sneeuwschoenen zijn niet nodig. En de treintjes en gondels brengen ons overal waar we willen zijn in het Jungfraugebied. ’s Morgens wandelen met kind en slee en dan ’s middags je hart ophalen op de piste.

Sturen is lastig
Een klein treintje ratelt omhoog langs de berg. Het dal van Lauterbrunnen is ver onder ons. Langzaam beginnen de ramen te beslaan en verdwijnt het uitzicht. "Volgende halte Kleine Scheidegg", klinkt er uit de luidspreker. We maken ons klaar voor onze eerste sleetocht. Mutsen en zonnebrillen op, handschoenen aan. Onze sleetjes staan in de trein tussen de vele ski’s. Voorop één sleetje is een zitje gemonteerd. Daar laat Fosse, anderhalf jaar oud, zich gewillig in vastzetten. De slaapzak uit de kinderwagen moet hem warm houden. Zou ie het koud hebben? Tsjaa, geen idee? Zolang hij blijft kraaien zal het wel goed zijn.

Wandelen met een peuter op IJsland


Onder de vleugels van het vliegtuig door zie ik IJsland onder me liggen. Een onbegaanbaar lavaveld met daarachter bruine bergen en gletsjers. Naast me zit Joanne met Fosse op schoot. Hij is net één jaar oud en druk bezig het plastic servies op te eten. We gaan ontdekken of we ook met kind een bergvakantie kunnen houden.

Met een wagen volgeladen rijden we Reykjavik uit. Eten voor vier dagen hebben we ingeslagen. Müslirepen, babypotjes, luiers en soepstengels in overvloed. We reizen voor het eerst met een auto. Een geleend volkswagenbusje waar we in kunnen slapen en koken. Er is zelfs verwarming aan boord! Langzaam trekken we tegen de klok in over de ringweg IJsland rond. Het bekende Geysir is onze eerste stop. We rijden een overvol parkeerterrein op en wandelen langs pruttelende aarde. Met een grote groep mensen wachten we tot de Strokkur begint te spuiten. Opeens komt er op nog geen vijf meter afstand een grote straal uit grond. Wow! Het is adembenemend! Maar in ons achterhoofd denken we: “Jeetje, wordt onze vakantie zo? Van mensenmassa naar mensenmassa?” Laten we anders de dagjesmensen achter ons, nu zijn we zelf zo geworden!

donderdag 19 januari 2012

Fietsen met een baby in de Provence


Na vele fietsvakanties met z'n tweeën is dit de eerste familiefietstocht met onze zoon Fosse. Aan het eind van de vakantie vieren we zijn eerste verjaardag. Van te voren hebben we in Nederland dagtochtjes en een langweekend gefietst om alles uit te testen. Een nieuwe tent, een nieuwe fietskar en een hoop extra bagage gaan mee. Voor onze eerste fietsvakantie met kind kozen we voor Frankrijk aangezien er veel campings zijn en we dus korte dagafstanden kunnen afleggen. Het was een zeer relaxte fietsvakantie met veel tijd voor lummelen op de camping en lange pauzes onderweg. Gemiddeld hebben we om de dag gefietst. Hoogtepunt van de vakantie was de beklimming van de Mont Ventoux, zonder bagage, maar met Fosse in de fietskar.

woensdag 18 januari 2012

Fietsen in Engeland in de winter


We voelen ons alsof we op expeditie gaan. Als mensen informeren naar onze vakantieplannen (een huwelijksreis nog wel) kijken ze ons meewarig en verward aan. Fietsen in Engeland? En dan ook nog in de winter? Zijn jullie gek geworden? Is dat leuk? Tsja, dat vragen we onszelf ook af. Het begon als een wild idee een paar jaar geleden. Als we in Nederland kunnen fietsen in de winter, waarom dan niet in Engeland? We hebben het toen nog uit ons hoofd laten praten en eigenlijk is dat de belangrijkste reden om nu wel door te zetten. Als we het nu niet doen durven we nooit meer.
We bereiden ons extra goed voor op onze tocht. Goede handschoenen, mutsen en warmteondergoed worden klaargelegd. De fietsen krijgen een extra beurt. En we schaffen speciale overschoenen aan om te voorkomen dat onze voeten eraf vriezen.

dinsdag 17 januari 2012

Crash-cursus toerskiën in Oostenrijk


Verhit kom ik aan in de winkel. Slippertjes aan, korte broek en een zonnebril op mijn hoofd. ‘Ik kom mijn huurski’s ophalen.’ Op de toonbank wordt alles uitgestald. Ski’s met alle toebehoren: toerskischoenen, vellen, harseisen en skistokken. Met twee paar van alles wring ik mij in tram drie en verzwik bijna mijn enkel. Toerskicursussen vallen altijd laat in het winterseizoen, maar vandaag is de zomer al begonnen.
Vierentwintig uur later verzamelen we met de hele groep bij het dalstation van Mandarfen. Nog steeds een stralend blauwe hemel en temperaturen die ons verleiden tot een laatste ijsje op het terras. Dan gaat het gebeuren. De skipakken gaan aan en de zonnebrillen op. Boven stappen we vanuit de lift opeens in de papperige sneeuw. Nog wat onwennig skiën we met bagage en al naar de Riffelseehutte. De hut ligt aan de piste en is dus een prima uitgangspunt voor beginnende toerskiërs zoals wij. De komende week gaan we een Crash 3 cursus volgen die de NKBV samen met de Nederlandse Skivereniging organiseert voor mensen die willen leren toerskiën , maar nog niet goed kunnen skiën.

Fietsen door de Baltische Staten


‘We redden het niet’, zucht Joanne achter me. ‘Kom op, even doorzetten’, spoor ik haar aan. Ondertussen spoken er allemaal doemscenario’s door mijn hoofd. We halen het nooit, maalt het ook door mijn hoofd bij elke omwenteling van mijn wielen. Net buiten Gdansk fietsen we. Wind tegen, een lekke band en al twee keer fout gereden. Op zich geen drama, maar morgen gaat ons Russische visum in. En die grens lijkt maar niet dichterbij te komen.
Thuis op de bank leek het zo makkelijk. ‘Die vijf centimeter tot de grens fietsen we makkelijk in drie dagen’, riep Joanne, dromend boven de Bosatlas. De groene, bruine en blauwe vlekken beloofden aparte natuurfenomenen, verlaten landschappen en nieuwe steden in een rits onbekende landen. We stippelden onze route uit van de wandelde duinen in de buurt van Slupsk in Polen, over een eindeloze landtong in Kaliningrad (Rusland) en langs kronkelende rivieren in de Baltische Staten. Daarna de Finse Golf over en verder over de duizenden eilanden van Åland naar Stockholm.
Al kilometers lang tikt ons hart een slagje harder, niet omdat we zo hard fietsen, maar vanwege het vooruitzicht wat komen gaat. Een grens is altijd spannend, maar een Russische helemaal. Het zal de eerste grens van vele worden. Een roodwitte slagboom, een wachthuisje en een ijsberende grenswachter. We zijn er! Zwaaiend met onze paspoorten komen we aanfietsen. De grenswachter blijft echter stuurs voor zich uit kijken. Hij weigert naar het visum in ons paspoort te kijken en wuift ons weg. Wat nu? Gelukkig biedt een bus redding. We mogen met fiets en al instappen en rijden nu soepel de grens over. Waarom deden ze nou zo moeilijk? Even later begrijpen we het probleem. In ons paspoort staat een mooie stempel van een busje. Ze hebben vast niet zo’n stempel van een fietsje.

maandag 16 januari 2012

Gletsjertocht in het Engadin


“Wie heeft er zin om zelf een weekje in de bergen te spelen?”, zo begon een paar maanden geleden de planning van een vakantie. Nu zijn we met vijf enthousiastelingen, die het allemaal wel eens zelf willen proberen. In Nederland bespreken we de tocht onder het genot van een uitgebreide lunch. Zo kan iedereen elkaar leren kennen en checken we of we wat ideeën betreft wel op één lijn zitten. Het niveau van de groep varieert van C1 tot meermaals een C2. Het groepsgevoel wordt al danig op de proef gesteld bij een autorit met z'n vijven door Amsterdam richting Demmenie. Ondanks dat we steeds verkeerd rijden blijft iedereen vrolijk. Dat zit dus wel goed. We hebben alle vijf dezelfde instelling: we willen een mooie tocht maken en een fijne vakantie houden.
De laatste dagen wordt er heftig gemaild. Voorbereidingen worden getroffen; iedereen blijkt moe te zijn van de laatste stressweken op het werk en toe aan vakantie. Na enig gezoek blijken we in Davos materiaal te kunnen huren (stijgijzers, pikkels en borstgordels). Over de mail krijgen we het bericht dat het touw is aangeschaft. Het is roze met rood, zodat we er gezellig bij lopen straks op de gletsjer.